Mirecourt het centrum van de Franse vioolbouw
Het historische centrum van de Franse vioolbouw ligt in het kleine stadje Mirecourt ten westen van de Vogezen. In de 18e eeuw ontstond hier het begin van de rijke Franse vioolbouw traditie. Veel bekende en gerenommeerde Franse bouwers, die later ook carrière maakten in Parijs, leerden hier het vak.
Een belangrijke bouwer aan het einde van de 18e eeuw was Didier Nicolas (1757-1833). Hij was de eerste die er voor koos zich niet enkel te concentreren op meesterinstrumenten, maar ook op betaalbare violen met een goede klank. Deze instrumenten waren eenvoudiger, maar voldeden nog steeds aan de wensen en muzikale eigenschappen van vele violisten. Op het hoogtepunt had Didier Nicolas ongeveer 600 werknemers in dienst en was daarmee het grootse atelier in Mirecourt.
Door het succes van Didier Nicolas volgden anderen al snel zijn voorbeeld. Net als in Saksen en Mittenwald ontstond een bloeiende industrie van vioolbouw. In tegenstelling tot de Duitse regio’s met vele kleinere werkplaatsen kende Mirecourt grotere, centrale werkplaatsen met een aanzienlijk aantal werknemers.
De bekendste ateliers waren Jérôme-Thibouville-Lamy (JTL) en Labert Humbert frères. De ateliers hadden uitgebereide catalogi met instrumenten in verschillende prijsklasses. Van de instapmodellen Médio-Fino en Compagnon tot kwalitatief goede replicaties van de Italiaanse meesters. Ook werden instrumenten vernoemd naar oude vioolbouwersfamilies uit Mirecourt en elders in Frankrijk. Een slimme verkoopstrategie. Ook tegenwoordig zorgt dit vaak nog voor verwarring bij het vaststellen van de herkomst van violen. De ateliers waren zeker niet alleen concurrent van de traditionele vioolbouwers; vele vioolbouwers genoten bij de ateliers hun opleiding en brachten ook weer kennis mee terug.
Naast de grote ateliers behield Mirecourt een sterke traditie van verfijnde, artistieke vioolbouw. Tegenwoordig is Mirecourt nog steeds een levendig centrum van vioolbouw. Er is een vioolbouwschool en er zijn nog verschillende vioolbouwers en ateliers gevestigd.
Uit de Catalogus van Jérôme Thibouville-Lamy uit 1912